31e Zondag door het Jaar
Schriftlezingen:
Wijsheid 11,23-26;12,1-2
Lucas 19,1-10
Het bijbelverhaal van vandaag is bij uitstek een verhaal
over de bijzondere manier
waarop Jesus mensen tegemoet treedt.
Wij mensen bekritiseren anderen graag:
“ken je die of die?”
“o ja, die is zus of zo.”
Mensen moeten bij ons eerst
door een kleine controle heen:
‘of ze wel waardig zijn door ons te worden ontmoet.’
Bij Jesus is dat anders:
hij aanvaardt mensen zoals ze zijn,
hij ziet ze als beelddragers van God
hij ziet ze als mensen met vele mogelijkheden..
En dan spitst Jesus zich vooral toe
op de mogelijkheid van mensen
om zich te kunnen bekeren.
Zacheüs is rijp voor zo’n ontmoeting.
Hij is bescheiden.
Hij schaamde zich misschien voor zijn kleine gestalte
maar meer nog voor zijn levenswijze.
Als tollenaar had hij,
in dienst van de Romeinse bezetter
heel wat gelden geïnd,
vaak meer dan hem toekwam:
hij was -net als alle collaborateurs in welke tijd ook-
niet geliefd en leefde in een isolement.
Maar Zacheüs is een mens met verlangen naar contact:
vooral met Jesus die hij graag wil zien!
Hij klimt omhoog…
Bij de kerkvaders lees je dan:
hij klom in de boom, dichter naar de hemel toe,
hij zocht God.
Jesus ziet dat en zijn eerste woorden zijn heel verrassend:
‘Zacheüs ik wil bij je eten.’
Jaren geleden schreef een beroemd psychologe,
(dr. Anna Terruwe)
dat dit een grootse zin was en dat vele mensen
met grote psychologische complexen
ontzettend geholpen zouden zijn
en veel van hun complexen al lang kwijt zouden zijn
als er iemand in hun buurt geweest zou zijn
die zoiets had gezegd:
‘ik kom bij je eten.’
‘Zacheüs ik kom bij je eten’.
Geen woord over Zacheüs’ dubieuze levenswijze.
Geen spoor van verwijt
aan deze Godszoeker, deze boomklimmer:
alleen maar vriendschap en aanvaarding.
Neen niet van alles wat Zacheüs doet of deed
maar van de mens Zacheüs als in oorsprong goed
geschapen naar Gods beeld en gelijkenis
in staat om Hem te ontmoeten
en anderen tot zegen te zijn.
Jesus wil deze zoekende mens ontmoeten
en gaat met hem aan tafel.
En zo wordt de zoeker gevonden.
Er kan een nieuwe levensfase voor Zacheüs ingaan.
Als Jesus bij hem aan tafel gaat zitten
zonder èèn aanmerking gemaakt te hebben
zegt Zacheus hij direct al:
‘ik zal mijn leefwijze veranderen’.
Hij geeft de helft van al zijn bezit aan de armen
en alles wat hij teveel geind heeft
zal hij viervoudig terug geven
hij bekeert zich en wordt een nieuw mens.
´Vandaag is dit huis redding ten deel gevallen´concludeert Jesus,
´de mensenzoon is gekomen om te redden
en te zoeken wat verloren was.
Zacheus is eindelijk gevonden.
Ook wij leven van de ontmoeting:
van de genegenheid en de sympathie van anderen
die ons willen vinden.
Kinderen kunnen niet zonder ouders
die hen niet onmiddellijk bekritiseren
maar die vooral veel van ze houden
wat voor bokken zij ook schieten.
Ouderen, gehuwd of ongehuwd, kunnen niet zonder anderen
die hen steunen
omdat ze hen wel zien zitten en van hen houden.
Zonder de aanvaarding van ons zoals wij zijn
gaan wij dood.
Het verhaal van Zacheüs vertelt ons dus iets over onszelf:
wij kunnen niet leven zonder aanvaarding
dat is de ene kant.
Maar de andere kant is zeker zo belangrijk:
als wij dat beseffen gaan
zullen wij zelf ook anders tegenover anderen zijn.
Als wij weten dat wij,
zo merkwaardig als wij misschien mogen zijn
door anderen worden aanvaard of misschien zelfs liefgehad
zullen wij ook anderen aanvaarden en liefhebben.
En als wij proberen God te vinden
door ons in te spannen
zoals Zacheüs die in zijn boom klom
zal die ons vinden!
Als wij als zoekers naar Hem
die naar ons op zoek is op zoek gaan
zullen wij echt gevonden worden
ons leven wordt nieuw
tot onze eigen verrassing. AMEN.
Dan gaan we nu vieren hoe mensen die naar God op zoek zijn
door Hem zijn gevonden, een volwassen man
een klein kindje…. God kent ze allemaal.