Plotseling geen dak boven de hoofden

Nieuw-box-woud

Een zeer oude (niet de oudste) nederzetting van West Friesland is Nibbixwoud ‘de Nibbik’. De naam klinkt exotisch maar is in drie gewone woorden te splitsen: nieuw – box – woud. Box betekent dan perceel en woud hoeft niet oerwoud te betekenen: eenvoudige struikjes zijn genoeg, ja men zegt zelfs dat het woord is afgeleid van ‘weide’ dan is alleen gras al voldoende. De plaats was in de vroege Middeleeuwen verbonden met het Friese klooster van Hemelum. ‘Egmond was te ver’ –zo verzekerde men mij ter plekke. Het IJsselmeer was toen nog niet zo breed als nu en de blik van de West Friezen was naar de grote zee die men vanuit hun (west) Friese havens kon bevaren gericht. Al vroeg werd er in Nibbiwoud al de behoefte gevoeld aan een kerk. Men wilde bij de buren (Houwert, Benningbroek) niet achterblijven. Van de kerk die toen gebouwd werd (in 1282) is nog een klein stukje, liefkozend: ‘Bessie’ genoemd, over. De aardige klokkenstoel (zie de oude gravure) is helaas weg. Bij de reformatie gingen in de oude kerk de Geneefse psalmen klinken. Het Gregoriaans zou pas later weer te horen zijn in de noodkerk van Nibbixwoud. De pastoor werd geacht ook de twee eerder genoemde dorpen te bedienen maar vond dat wat te vermoeiend. Op den duur werd Nibbixwoud de katholieke hoofdstatie. Dat had tot gevolg dat een waardiger kerk moest worden gebouwd en dat geschiedde op de T-kruising waar hij nu nog staat. ‘Zij’ moet ik zeggen mede om haar vrouwelijk patroon ‘Cunera’.

Cunera

Het is een raadsel hoe Cunera hier terecht komt. Ze is bekend van de grote Cunerakerk in Rhenen. Een zeer griezelige relikwie, de doek waarmee Cunera door de jaloerse echtgenote van koning Radboud gewurgd is, wordt nog steeds bewaard in het Catharijne-convent in Utrecht. Cunera geniet een grote faam geniet bij het bestrijden van ziektes van het vee. Misschien heeft zij het daarom gewonnen van Odulphus, de oorspronkelijke mannelijke patroonheilige. Zelfs in de protestantse tijd werden er nog Cunera-processie gehouden waarbij het vee gezegend werd. Toen zo’n 125 jaar geleden (volgend jaar wil men dat gaan vieren) een nieuwe kerk gebouwd moest worden werd de Hoornse architect A.C. Bleijs aangezocht. Later beroemd van zijn Cyriacuskerk in Hoorn en de St. Nicolaaskerk in Amsterdam. Laatsgenoemde kerken werden niet in gotische of romaanse stijl gebouwd, wat de Cuijpers-clan en Alberdinck Tijm zeer verstoorde, maar in gezellige Hollandse Renaissancestijl. De Cunera in Nibbixwoud en de Victor in Obdam niet.

Gipsen gewelven

De St. Victor, hoewel later gebouwd dan de Nicolaas in Amsterdam, is neoromaans. De Cunera in de Nibbik, die veel eerder gereed kwam, werd in gotische stijl gebouwd. Toch zou Cuijpers er toch niet tevreden over geweest zijn want de gewelven van de Cunerakerk waren van gips. Dat was tegen Cuijpers’ stijlzuiverheidsprincipes en bovendien….. brandgevaarlijk. De Cunerakerk staat (ook tegen Cuijpers’ principes) heel brutaal met het altaar naar het noorden gericht. De oostelijke morgenzon moet ze missen. Maar genoeg kwaad gesproken. De Cunerakerk in Nibbixwoud is een kostelijk intiem bouwwerk geworden. Een kloeke toren markeert de ingang. Ook hier weer (net als in Obdam) een orgeltje achter het hoofdaltaar. Helaas is het oude retabel verwijderd, een klein Cunerabeeldje dat er deel van uitmaakte doet ons er naar terugverlangen. Te tijdgebonden zwarte schilderingen trekken (teveel) de aandacht.

De zaligsprekingen

Fraaier is de geheel gespaarde collectie ramen. Waar mijn aandacht vandaag uitgaat zijn de ramen in de zijboeken van de Zaligsprekingen. De oude profeten en de psalmist droomden van mensen die Gods nieuwe wereld naderbij zouden brengen. De armen (Jesaja 66,2) hebben een speciaal zintuig om het oog te richten op Gods nieuwe toekomst. De treurenden (in Psalm 56,9 staat dat God hun tranen als kostbare parels bewaart!) willen het verdriet van allen in nood meebeleven. De zachtmoedigen zullen de nieuwe aarde gaan beërven (Ps. 37,11). Er zijn de mensen die hongeren dorsten naar de gerechtigheid (Jesaja 55,1), de barmhartigen en de reinen van hart, de mensen die de vrede doen en daarom kinderen van God genoemd zullen worden. In Matteüs 5 worden al deze mensen door Jesus genoemd en ook degenen die vervolging lijden: ‘van hen is het rijk der hemelen, hun loon is groot’.

De brand van Nibbixwoud heeft al deze ramen intact gelaten. Ja zelfs het lood is niet gesmolten. Maar ja, het atelier van de firma Nicolas in Roermond (de veel later werkend Joep Nicolas werd het beroemdst) leverde kwaliteit! In Nibbixwoud zijn de zaligsprekingen van Matteüs 5 op een hele merkwaardige wijze afgebeeld. Iedere halve zaligspreking heeft een eigen heilige toebedeeld gekregen wat het geheel erg ingewikkeld maakt. Een voorbeeld: bij de eerste helft van de eerste zaligspreking: ‘ZALIG DE ARMEN VAN GEEST’ is Franciscus is afgebeeld met de stigmata; bij de tweede helft ‘WANT HUNNER IS HET RIJK DER HEMELEN’ is Isidorus te zien, werkend op het land met een bussel korenaren. De derde zaligspreking begint: ‘ZALIG DE TREURENDEN’ en daar is Maria Magdalena bezig haar tranen te deppend. Bij het vervolg: ‘WANT ZIJ ZULLEN GETROOST WORDEN’ staat Maria van Egypte. Zij was een ex-publieke vrouw uit 400 die zich in de woestijn terugtrok als boetelinge en met hele lange haren die soms haar hele lichaam bedekken wordt afgebeeld. Bij de vijfde zaligspreking: ‘ZALIG DE BARMHARTIGEN’ zien we allereerst Vincentius a Paulo met een kind in zijn armen. Daarna, bij ‘WANT ZIJ ZULLEN BARMHARTIGHEID VERWERVEN’ komt Hieronymus Aemiliani met een weesmeisje. Zeer merkwaardig is de heiligenkeuze bij de zevende zaligspreking. Het begin gaat nog. Bij ‘ZALIG DE VREEDZAMEN’ staat Paus Zacharias die de beeldenstrijd in Konstantinopel suste.

Een gotspe

Maar een gotspe wordt het bij het slot van deze zaligspreking: ‘WANT ZIJ ZULLEN KINDEREN VAN GOD WORDEN GENOEMD’. Wie zien we daar. Let op: Isabella de katholieke met kroon. Dat is de vrouwelijk tiran, die de joden uit Spanje verbande of de brandstapels opjoeg! Zoals u ziet is het een hele uitzoekerij om te begrijpen wie al die heiligen zijn en waarom ze hun plaats (al of niet terecht!) daar innemen.

Toch gespaard

Toch wilde ik deze bijzondere ramenserie noemen. Gelukkig zijn ze gespaard. Ik las in een krant dat een oude parochianen bedroefd was omdat de kerk van haar jeugd vernietigd was. Tot haar troost: de kerk zal wel weer hersteld worden. Fijn voor haar, maar nog belangrijker is het dat ook haar kinderen en kleinkinderen het oude visioen van de zaligsprekingen voorgehouden krijgen (al of niet met deze heiligen). Gelukkig zijn de mensen die mogen bouwen aan Gods nieuwe wereld: hun leven heeft zin en samenhang.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.